Naar Sevilla en wijn

Om 8 uur loopt de wekker af, er wordt ingepakt, gedoucht en broodjes gehaald. We ontbijten en kijken of we nog bij een bodega lwijnmakerij) terecht kunnen voor een rondleiding. We bellen er een, maar die geeft alleen Spaanse rondleidingen. We besluiten om toch nasr Montril te rijden en dan maar te kijken of we ergens terecht kunnen voor een rondleiding. Zoniet, dan gaan we maar sfeersnuiven. Het is maar 35 km rijden, dus we zijn er zo. Op 3 akkertjes met druiven, zien we alleen maar olijfbomen. We gingen toch echt naar de wijnhoofdstad. We parkeren de auto vlakbij de Alvaer bodega. Deze heeft rondleidingen, maar er is niemand te vinden. We lopen doornaar de Navarro bodega. Daar kijken we rond op de binnenplaats, maar ook hier geven ze geen rondleidingen. Ze hebben wel een adres van een bodega waar ze wel rondleidingen geven. Daar lopen.we naar toe. We kijken er even rond en Sjaak spreekt een man die wat gaat regelen. Er komt een jonge vrouw, die Engels spreekt, en zij gaat ons rondleiden. We spreken een prijs af. Die begint bij €12 pp, werd €8 en omdat we niet wilden proeven wrd het €5 pp. En dat voor een rondleiding van 1.5 uur. De druiven die ze gebruiken zijn de Perito de Ximenezdruiven. Ze groeien het best op 600 meter hoogte. Montril ligt op 400 m hoogte, vandaar dat we zo weinig druiven zagen. Het is een soort met een gele dunne schil en groeit heel laag bij de grond. Afhankelijk van de temperatuur wordt er tussen juli en oktober geoogst. De eerste persing gebeurt al daar waar de druiven geplukt worden. Anders fermenteren ze al tijdens het vervoer. Ze maken jonge wijnen, maar hebben ook wijnen van 25 tot 30 jaar oud. Eerst neemt ze ons mee naar een ruimte vol met witte stenen vaten. Daar komt de wijn als eerste in. De wijn blijft daar 1 jaar in. De gist zorgt dat het goed fermenteert. Na de stenen vaten gaat de wijn over naar Amerikaanse eikenvaten. Die liggen in de ruimte ernaast. De vaten liggen er 3 hoog. Daar blijven ze 5 jaar inzitten. Dan zakken ze een laag en blijven daar weer 5 jaar inzitten. Dan volgt nog minimaal 5 jaar in de onderste rij vaten. Pas dan wordt er gebotteld. Dan lopen we naar de ruimte waar de Brandy in vaten ligt. Je ruikt het verschil. Ook zijn de vaten hier veel groter. Die maken ze van de onderste laag van de vorige opslag. Door nog een keer te gisten, wordt het weer sterker dan de wijn. De vaten zijn hier niet vol ivm het gisten. Dan zien wede bottlestraat. We zien dat de flessen worden gespoeld, etiketten op de flessen worden geplakt en in dozen worden verpakt. De dozen worden op pallets gezet. Na de bottlestraat gaan we de vaten met wijnazijn. Eigenlijk is dit een afvalproduct van de wijn. Ze maken dit van wijn die niet goed genoeg is bevonden. Ze hebben hier witte wijnazijn en balsamico azijn. Dan lopen we naar een schuur waar de wijn biologisch gist. Hierdoor krijg je wijn met een hoger alcoholpercentage. We vervolgen onze weg naar de commerciële ruimte. Hier worden de zaken deals gesloten. Het logo is als glas in lood in het raam verwerkt. Hier krijgen we uitleg over de verschillende wijnen en hun alcoholpercentage. De laatste ruimte waar we kijken zien we 20 enorme meten vaten van 113.000 liter per stuk. De jonge wijn blijft hier maximaal 8 dagen inzitten. De tanks worden hier goed gekoeld. De jongste wijn wordt dan gebotteld. Nog even een groepsfoto maken en dan mogen we mee naar het winkeltje. Sjaan en Sjaak proeven verschillende wijnen en we kopen natuurlijk een fles voor vanavond. Karin en Ina kopen wijnazijn en een wijn die je kunt gebruiken bij toetjes. Uiteindelijk moeten we voor de rondleiding maar €3 pp betalen. Onze gids maakt een rekenfout. 5 x €5 = €15 (wij dachten €25) Rond half een lopen we naar buiten. Een hoop geleerd en een hele leuke rondleiding gehad. We lopen terug naar de auto en dan eerst maar wat drinken. We vinden een terrasje en genieten weer van het zonnetje. Dan tijd om weer te gaan rijden. Op naar Carmona. We rijden nog een hele tijd tussen de olijfbomen. Hoe dichter we bij Sevilla komen, hoe meer fruitbomen (sinasappels en mandarijnen) we zien. Iets na 15 uur rijden we Carmona binnen. We willen hier het Necropolis bezoeken. Maar eerst eten. We parkeren vlakbij de Necropolis en zie daar ook een terras. Dat blijkt een Spaans buurtkroegje te zijn. Wat oude heren en mannen die tijdens of na het werk wat komen en drinken. We gaan op het terras zitten en een Spaanse man geeft ons advies over wat te bestellen. We gaan voor Carillo (varkenawang) en een bord vol met verschillende Chorizo. Het was lekker! Dan lopen we naar de Necropolis. Ze zijn hier allerlei graven aan het blootleggen. Ook is er een amfitheater gevonden. Via het uitzichtpunt zien we ook nog Romeinse overblijfselen in het stadje. Het stadje is wit, alle oudere onderdelen springen er wel qua kleur. Rond 17 uur vertrekken we voor het laatste stukje naar Sevilla. Dat is nog 30 km. Het hotels in het centrum, dus ongeveer 45 min rijden. We rijden vlotjes het centrum in. De parkeergarage vlakbij het hotel is vol maar na even wachten kunnen we erin. We lopen naar het hotel en krijgen 2 kamers op de 3e verdieping. We installeren ons en kijken even naar de planning van morgen. Het is ondertussen 19.30 uur en dan gaan we toch maar eens op zoek naar avondeten. We lopen langs de Kathedraal en het Koninklijk paleis. Dat was prachtig verlicht. We vinden een eettentje. Sjaan, Tim eten er lekker. De spies van Sjaak en Ina is niet gaar. De bediening was niet erg vriendelijk. We rekenen en lopen langs de supermarkt weer naar het hotel. We bellen nog even met het thuisfront, een afzakkertje drinken en dan naar bed